Zijn eigen bibliotheek: overdag zit hij er te schrijven, 's nachts is het de plaats waar Alberto Manguel leest. Te midden van de duizenden titels die hij bezit, roept het ene boek het andere op. Het is ook de plek vanwaaruit zich deze fascinerende geschiedenis van bibliotheken ontvouwt.
Manguels zoektocht brengt hem in het oude Egypte en Griekenland, in de Arabische wereld, in China, in Rome en in de 'nieuwe' bibliotheek Google. Hij vertelt over de persoonlijke bibliotheek van dichter Samuel Pepys die hakjes onder zijn boeken maakte opdat ze in zijn boekenkast dezelfde hoogte zouden hebben, over de Poolse bibliothecaris die zijn joodse boeken voor de nazi's in veiligheid bracht, en over de privébibliotheken van collegaschrijvers: Dickens, Borges, en vele anderen.
De bibliotheek bij nacht is een fascinerende reis door Manguels geest, geheugen en onmetelijke kennis van boeken en beschavingen, en een monument voor een cultureel erfgoed dat verloren dreigt te gaan.