In deze roman beschrijft Isabel Allende de spannende en fascinerende gebeurtenissen die een groep onderzoekers in de ongerepte natuur van het Amazonegebied meemaakt. Met betrokkenheid en humor schildert Allende wat er plaatsvindt als totaal verschillende culturen met elkaar botsen.
Kate Gold is reisboekenschrijfster, excentriek en voor de duivel niet bang. Op een dag komt haar vijftienjarige kleinzoon Alex logeren, juist als ze de opdracht heeft aangenomen om in het Amazonegebied de 'beesten' op te sporen, onbekende wezens die ongelooflijk sterk zijn en een dodelijke stank verspreiden. Alex en Kate sluiten zich aan bij een expeditie, die bestaat uit een bonte verzameling mensen. Onder hen een aantrekkelijke vrouwelijke arts, een arrogante antropoloog, een fotograaf, een puissant rijke ondernemer, enkele soldaten en een Braziliaanse gids met zijn twaalfjarige dochter Nadia, met wie Alex veel optrekt. Nadia kan praten met dieren en heeft een zesde zintuig, waar Alex met zijn stadse manieren aanvankelijk schamper over doet.
Ieder van de deelnemers heeft zo zijn eigen redenen om de jungle in te trekken. Na een gevaarlijke reis raakt de expeditie in de dodelijke greep van de 'beesten'. Alex en Nadia worden door een indianenstam die nog nooit met de westerse beschaving in contact is geweest, ontvoerd naar de stad van de wilde goden, een mythische wereld die in niets lijkt op wat zij kennen. Zo begint een adembenemend en fantastisch avontuur zoals alleen Allende dat vertellen kan.
De stad van de wilde goden is het eerste deel van een avonturentrilogie voor jong en oud.